Zijn u en ik al zover dat we eerlijk tegen elkaar kunnen zijn zonder dat we elkaar meteen afbranden? Mag ik hier een beetje hardop denken? Zonder dat ik al precies weet of het wel of niet klopt? Ik hoop het maar want over deze column twijfel ik al dagen. Kan dit wel? Komt daar niet enorm veel gezeik van? Nou ja, er is maar een manier om erachter te komen: daar gaan we.
Ik merkte dat ik wat moeite had met de manier waarop onze Marokkaanse Nederlanders feest vierden na de overwinning op Spanje. Niet omdat ik het ze niet gun, integendeel. Ook niet omdat ik iets heb tegen mensen uit Marokko of Nederlanders met een migratie-achtergrond. Ook integendeel. Maar de beelden van duizenden feestvierende kinderen die vanuit het diepst van hun tenen schreeuwden en gilden dat ‘we’ hebben gewonnen en dat Marokko het beste land van de wereld is, viel op de een of andere manier niet helemaal lekker.
Dat vond ik best ongemakkelijk en nogal stom van mezelf. Ik wilde dit niet denken en al helemaal niet voelen. Maar toen er ook nog een golf vernielingen overheen kwam gebeurde het toch. Hoe kan het dat veel derde generatie jongeren met een Marokkaanse achtergrond zich blijkbaar meer verwant voelen met een land dat 3.000 kilometer verderop ligt dan met het land waar ze zijn geboren en opgroeien? Kinderen waarvan ook de ouders allebei in Nederland zijn geboren? Generaties die al decennia in Nederland wonen, op school zitten, leven, leren, stemmen, werken, meedoen. Waarom voelen hun kinderen zich meer thuis bij een land dat ze vooral kennen van vakanties en familiebezoek dan in het land van hun huis?
Het leverde een rare kronkel in mijn buik op. En ik dacht dingen die ik niet wilde. Willen deze kinderen hier eigenlijk wel zijn bijvoorbeeld? Of zouden ze het meer naar hun zin hebben in dat gedroomde land waar homosexualiteit strafbaar is en waar het zomaar kan gebeuren dat je als vrouw bent verkracht en dat wil aangeven maar dan zelf in de gevangenis belandt omdat je seks hebt gehad voor het huwelijk? Hoe kan het dat deze jongens (meisjes zag ik nauwelijks) harder juichen voor dat land dan voor hun huidige vaderland met alle kansen en gelijkheid voor hun moeders en zussen?
Ik vond het eng om dit te denken, laat staan om het te zeggen. Het voelde ongezond. Ik wil niet horen bij de mensen die hun onderbuikgevoelens blind geloven en scanderen zonder te denken: klopt dit nou?
Ieder weldenkend mens weet dat het genuanceerder ligt. Ingewikkelder. Dat er zoiets bestaat als gedeelde identiteit. Dat wonen in een land waar je altijd hoort dat je een probleemjongere bent geen vaderlandsliefde aanwakkert. Dat als je opa en oma hier wel wonen maar jouw taal niet spreken en je steevast minder kans maakt bij sollicitaties alleen maar door je achternaam, je gevangen kan blijven in een verlangen om ergens écht bij te horen. Dat Nederlanders in de Hollandse Club in Australië net zo hard juichen voor Louis als jongeren op het Mercatorplein voor Walid. Ik weet het allemaal.
Maar hoe kom ik dan aan zo’n ongemakkelijk gevoel? En vooral, hoe kom ik ervan af? Want voor we het weten noemen we onszelf Rijksburgers en willen we een coupe plegen. Laten we die onderbuikgevoelens nou maar bewaren voor trek in een frikandel speciaal. Ook niet gezond, maar tenminste wel lekker.
Richard Kemper
Vanaf 2024 gaan we weer werken aan een nieuw programma! We weten nog niet wat het wordt, met wie of waarover het zal gaan. Alleen dat we er allebei zijn staat vast. Heerlijk als alles nog open ligt!
Vanaf april t/m juni 2024 spelen we in een beperkt aantal zalen werkvoorstellingen waarbij we onze eerste spinsels de wereld in zullen werpen!
“De eerste helft van je leven ben je bezig iemand te worden, de tweede helft van je leven ben je bezig te accepteren dat het niet is gelukt” – Schopenhauer.
Het is 20 jaar geleden dat de mannen voor het eerst samen op het podium stonden. Je zou zeggen dat ze elkaar na zo’n tijd goed kennen, maar is dat wel zo? In hun nieuwe cabaretprogramma Hou Dat Vast denken ze elkaar alles te kunnen vertellen, maar of dat nou zo verstandig is...
Confronterend grappig is het in ieder geval wel! Met ontroering als onverwachte bonus. Dat weten ook de bezoekers van hun laatste programma Geloof ons nou maar waarmee Veldhuis & Kemper naast volle zalen en prachtige recensies ook een schitterende nominatie voor de belangrijkste cabaretprijs van Nederland ‘de Poelifinario’ in de wacht sleepten.
U snapt, de mannen hebben maar één wens: Hou dat vast!
"Er zijn van die momenten in je leven dat het er even op aankomt. Dat het alles of niets is, nu of nooit, de dood of de gladiolen. Sterker nog, volgens Veldhuis & Kemper is elke dag zo'n moment. Want of het nu in je werk is, je relatie, de opvoeding, je seksleven of je vriendschappen; er is altijd een keuze. Ga je door op de weg die je loopt of is het tijd om de boel eens door flink elkaar te schudden? Al was het alleen maar om er een keer een lekkere, frisse wind doorheen te jagen. En wat doe je als je er achter komt dat je opeens nog alle tijd hebt voor de fouten die altijd nog eens wilde maken... Veldhuis & Kemper staan op dat punt in hun nieuwe cabaretprogramma 'Of de gladiolen' en trekken, zoals we van de mannen gewend zijn, totaal verschillende conclusies. Nou ja bijna, want over één ding zijn ze het eens; zelfs als je het fout doet, doe het dan goed. Of de gladiolen!"
Altijd al eens iets willen vinden van die net zo vaak opgehemelde als vervloekte bijbel, maar er nooit aan toegekomen ‘m te lezen? Geen idee waar je de tijd en het geduld vandaan moet halen? Altijd als een berg opgezien tegen die 1744 bladzijden vol kleine lettertjes? Ja? Remco Veldhuis ook! In “Lang verhaal kort" brengt hij de ongeautoriseerde samenvatting van 2 uur en vliegt op eigen, komische wijze langs de hoogte- en dieptepunten. Een razende rondleiding ver van de gebaande paden, door een ‘gids’ die net zo twijfelt over de inhoud als jij. Terwijl de klok onverbiddelijk doortikt komt hij de mooiste maar ook de meest verschrikkelijke verhalen tegen. En uiteindelijk zichzelf…
Ok, na ‘Lang verhaal kort.’ heb je de bijbel weliswaar nog steeds niet gelezen, maar je kan ieder geval wel zeggen: “Ik heb wél de voorstelling gezien!”
Script:
Voor het script en de regie tekende Emmy-winnaar (‘Alles Mag’- 2015) én bijbeldeskundige Maarten van Voornveld en leverde Remco Veldhuis zelf de komische en persoonlijke invalshoek.
Tekst & muziek: Veldhuis & Kemper
Regie: Geert Lageveen
Algemeen Dagblad ★ ★ ★ ★ ★